« Terug naar het nieuwsoverzicht
Wij zijn benieuwd naar jouw mening over toekomstig onderzoek, help je mee?
Care4Neo is vanuit Commissie Wetenschap vaak betrokken bij onderzoeksaanvragen in een vroeg stadium. We vragen nu aandacht voor een onderzoeksvoorstel in ontwikkeling: de TWINC studie. Hieronder kun je meer lezen over de achtergronden, hoe we betrokken zijn en het onderzoeksvoorstel. Ten slotte vind je een link naar een vragenlijst.
DE TWINC studie: extreme vroeggeboorte bij tweelingzwangerschappen
Onderzoekers van de wetenschappelijke beroepsvereniging voor gynaecologen (NVOG), vragen graag naar jullie mening over het onderzoeksvoorstel van de TWINC studie. Zij hopen zo meer inzicht te krijgen in de bereidheid van patiënten om, in de toekomst, deel te nemen aan de TWINC studie. Care4Neo is betrokken, samen met de patiëntverenigingen extreme vroeggeboorte, en de Nederlandse Vereniging Ouders van Meerlingen. Onze betrokkenheid houdt o.a. in dat we meedenken over het belang van het onderzoek voor patiënten, en onze mening geven over allerlei aspecten van het op te starten onderzoek. Bijvoorbeeld over de relevantie, de veiligheid, over de ethiek maar ook over het patiëntenvoorlichtingsmateriaal.
Wat is het doel van de TWINC studie?
Tweelingzwangerschappen hebben een hoog risico op extreme vroeggeboorte, dit is een geboorte bij minder dan 28 weken zwangerschap. In Nederland bevallen er elk jaar ca. 250 vrouwen met een tweelingzwangerschap na een zwangerschapsduur korter dan 28 weken. Ten gevolge van de extreme vroeggeboorte bij een tweelingzwangerschap overlijden er elk jaar meer dan 150 kinderen. Een van de risicofactoren voor een extreme vroeggeboorte is een verkorte baarmoedermond. Als bij de 20 weken echo een korte baarmoedermond wordt gemeten (< 25 mm) is er een grote kans op een extreme vroeggeboorte.
Chirurgische behandeling: cerclage
Een chirurgische behandeling die mogelijk extreme vroeggeboorte kan verminderen bij tweelingzwangerschappen met een korte baarmoedermond, is een vaginale cerclage. Hierbij wordt een niet-oplosbare hechtdraad rond/door de baarmoedermond geplaatst om het baarmoedermondkanaal af te sluiten en de stevigheid ervan te vergroten. Bij het plaatsen van een cerclage is een kleine kans op een bloeding, infectie of breken van de vliezen tijdens de ingreep.
Onderzoek
Op dit moment is er nog te weinig onderzoek gedaan naar het effect van een vaginale cerclage in tweelingzwangerschappen, waardoor deze behandeling niet geadviseerd wordt in (inter-)nationale richtlijnen. De TWINC studie wil het effect van een cerclage op het voorkomen van een extreme vroeggeboorte onder de 28 weken zwangerschapsduur onderzoeken bij vrouwen met een tweelingzwangerschap met een korte baarmoedermond.
Het onderzoek waar wij jouw mening over vragen (TWINC studie) heeft in het onderzoeksvoorstel de volgende opzet:
Wie zou mee kunnen meedoen?
Vrouwen, ouder dan 18 jaar, met een tweelingzwangerschap en een korte baarmoedermond of ontsluiting (zonder weeën), die tussen de 16 en 24 weken zwanger zijn.
Wat zou meedoen inhouden?
- Tijdens de 20 weken echo wordt de baarmoedermond opgemeten in je eigen ziekenhuis.
- Als de baarmoedermond verkort is (<25mm), word je doorverwezen naar een academisch ziekenhuis (UMC). Hier zal uitgebreide informatie gegeven worden over de TWINC studie.
- Als je dan besluit deel te nemen aan de TWINC studie, word je op willekeurige wijze (met behulp van loting) ingedeeld in een van de beide onderzoeksgroepen: een groep waarbij een cerclage geplaatst zal worden (interventiegroep) of de groep waarbij geen cerclage geplaatst zal worden (controlegroep) Aan de controlegroep zal de standaard zorg geleverd worden zoals deze landelijk is afgesproken in richtlijnen.
- De zwangerschapscontroles en bevalling vinden hierna weer in je eigen ziekenhuis plaats.
Vragenlijst
Door eenmalig de vragenlijst in te vullen komen de onderzoekers meer te weten over de haalbaarheid van de studie. De vragenlijst gaat uit van: "Stel dat...". Dus stel dat je zwanger zou zijn van een tweeling en een risico hebt op extreme vroeggeboorte, zou je in dat geval deelname aan een studie als de TWINC overwegen? Hier vind je de vragenlijst
Heb je vragen of wil je iets anders hierover kwijt? Neem contact op met Sylvia Obermann, coördinator wetenschap bij Care4Neo via wetenschap@care4neo.nl
« Terug naar het nieuwsoverzicht
Archief > 2022
december
- 18-12-2022 - Wil je jouw verhaal delen?
- 08-12-2022 - Initiatiefnemer van Care4Neo Richard de Leeuw is op 85-jarige leeftijd overleden
- 07-12-2022 - Wereld Prematurendag 2022 Aftermovie
- 07-12-2022 - 40 jaar POPS: Wat doet vroeggeboorte met je op lange termijn?
november
- 18-11-2022 - Richard de Leeuwprijs 2022 uitgereikt aan Ria Vink
- 05-11-2022 - Rene van Kooten fietst op Wereld Prematurendag voor meer bekendheid over vroeggeboorte
oktober
- 28-10-2022 - Care4Neo en Pampers bundelen wederom krachten rondom Wereld Prematurendag
- 23-10-2022 - Oproep: ouders van extreem prematuur geboren kinderen gezocht
- 18-10-2022 - Oproep aan ouders van (en) te vroeg geborenen (zelf) die te maken kregen met NEC
- 16-10-2022 - Een beknopte geschiedenis van de vooruitgang in Neonatale zorg
- 16-10-2022 - Wij maken een P voor Prematuren
augustus
juni
mei
- 28-05-2022 - Wil jij met lotgenoten praten over jouw ervaring?
- 28-05-2022 - Cyberpoli voor kinderen die te vroeg geboren zijn online
april
- 28-04-2022 - Oproep aan ouders voor deelname onderzoek 'IMPACT-project' van Care4Neo
- 21-04-2022 - Ouders van extreem prematuur geboren kinderen gezocht
- 02-04-2022 - Vragenlijst naar ervaringen ouder(s) met ROP screening
februari
- 15-02-2022 - Familieweekend Care4Neo bij Kindervallei, vakantiehuis van het Ronald McDonald Kinderfonds
- 04-02-2022 - Wij zijn benieuwd naar jouw mening over toekomstig onderzoek, help je mee?
januari
- 22-01-2022 - Wil jij jouw verhaal delen?
- 18-01-2022 - PROTEA-studie: minder longproblemen door inname bacteriedeeltjes na vroeggeboorte?
- 18-01-2022 - Veilig overplaatsen van de NICU naar een perifeer ziekenhuis: informeren en voorbereiding van ouders
- 18-01-2022 - Care4Neo en Nivea Nederland vragen aandacht voor het belang van huid-op-huid contact bij couveusekinderen