« Terug naar het nieuwsoverzicht
Geneesmiddelen bij prematuren: promotieonderzoek
Evidence-Based Pharmacotherapy in Preterm Infants – Aiming at a moving target
Te vroeg geboren kinderen hebben na de geboorte naast intensieve zorg veel geneesmiddelen nodig. Van veel geneesmiddelen ontbreekt tot op heden de kennis over de juiste doseringen, de bijwerkingen en de veiligheid. Dit leidt tot grote verschillen tussen ziekenhuizen in de keuze welk geneesmiddel wordt gegeven voor behandeling van te vroeg geboren kinderen, zoals beschreven in het proefschrift van Robert Flint getiteld Evidence-Based Pharmacotherapy in Preterm Infants – Aiming at a moving target, onder begeleiding van prof. Dick Tibboel (ErasmusMC), prof. David Burger (Radboudumc) en dr. Sinno Simons (ErasmusMC).
Enerzijds kunnen deze verschillen verminderd worden door de ziekenhuizen onderling tot meer overeenstemming te laten komen over de beste behandeling, anderzijds is meer onderzoek noodzakelijk naar geneesmiddelen bij te vroeg geboren kinderen.
In het kader van het programma Goed Gebruik Geneesmiddelen heeft ZonMw financiering geboden om dit gebrek aan kennis te verminderen door onderzoek in 4 ziekenhuizen: Máxima MC – Veldhoven, Radboudumc – Nijmegen, MaastrichtUMC – Maastricht, ErasmusMC – Rotterdam. Hiermee hebben we 9 frequent gebruikte geneesmiddelen kunnen onderzoeken bij te vroeg geboren kinderen; paracetamol, fentanyl, fenobarbital, doxapram, ibuprofen, midazolam, fluconazol, sildenafil en levetiracetam. De eerste 5 staan beschreven in het proefschrift van Robert Flint. In dit onderzoek hebben we in kleine hoeveelheden bloed de concentratie geneesmiddel gemeten en de effecten bestudeerd met speciale meetinstrumenten voor te vroeg geboren kinderen.
Uit het onderzoek blijkt dat te vroeg geboren kinderen bij kortere zwangerschapsduur paracetamol, fentanyl, fenobarbital, doxapram en ibuprofen langzamer uit het lichaam verwijderen. Na de geboorte neemt de snelheid van verwijderen van het geneesmiddel toe met de leeftijd van de pasgeborene. Dit betekent dat er voor deze geneesmiddelen niet meer één vaste dosering per kilogram lichaamsgewicht moet worden gebruikt bij te vroeg geboren kinderen, maar dat de dosering moet worden aangepast op de zwangerschapsduur, het lichaamsgewicht, en de leeftijd na de geboorte. Tot slot is het gelukt om te komen tot goede scoringssystemen om de effecten bij te vroeg geboren kinderen te meten, ondanks dat het meten van effecten en bijwerkingen bij te vroeg geboren kinderen zeer complex is.
De resultaten uit dit onderzoek laten zien dat we de kleinste pasgeborenen tot nu toe wellicht te veel geneesmiddel hebben gegeven. De verlaging van de doseringen bij te vroeg geboren kinderen worden nu in detail onderzocht. Het huidige onderzoek vormt de basis voor het onderzoeken van betere doseringen van andere geneesmiddelen bij pasgeborenen.